Seyid Riza: Een Koerdisch symbool van verzet tegen Turkse onderdrukking
Vandaag, op 15 november, herdenken we Seyid Riza, de historische leider van het Koerdische verzet in Dersim, die op deze dag in 1937 door de Turkse staat werd geëxecuteerd. Zijn naam en daden leven voort als een toonbeeld van moed en weerstand tegen de systematische onderdrukking die het Koerdische volk al decennialang te verduren heeft onder de Turkse staat.
Seyid Riza, geboren rond 1863 als vierde zoon van stamhoofd Sheik Hasan, was etnisch Koerdisch en diep geworteld in de Koerdische identiteit en cultuur van Dersim. Hij groeide op in een samenleving waar de Koerdische geschiedenis en waarden centraal stonden. Turkse autoriteiten hebben in de loop der jaren pogingen gedaan om zijn afkomst in twijfel te trekken door valse verhalen te verspreiden over zijn etniciteit, met de bedoeling zijn Koerdische identiteit te ontkennen—aangezien het bagatelliseren van prominente Koerdische leiders een bekende, maar mislukte, tactiek was om de Koerdische cultuur en geschiedenis te ondermijnen.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog vocht Seyid Riza samen met de Ottomanen tegen het Russisch-Armeense leger, maar hij is vooral bekend om zijn beschermende rol ten aanzien van etnische Armeniërs tijdens de Armeense Genocide van 1915. Deze daad van bescherming, ondanks het gevaar voor zijn eigen volk, spreekt tot zijn gevoel van rechtvaardigheid en empathie voor andere onderdrukte groepen. Later, in 1921, werkte hij samen met andere Alevitische leiders in de Koçgiri-opstand tegen de Turkse overheersing.
Met de oprichting van de Turkse Republiek in 1923 veranderde de positie van Seyid Riza ingrijpend. De Turkse staat, vastbesloten om volledige controle over de regio Dersim te krijgen, voerde een beleid van assimilatie en onderdrukking. Toen de regio in 1935 werd omgedoopt tot “Tunceli,” zag Seyid Riza hierin een bedreiging voor de Koerdische identiteit en vrijheid van zijn volk. Tijdens het Koerdische nieuwjaar Newroz in maart 1937 riep hij de Koerden op om de wapens op te nemen tegen de onderdrukking, wat leidde tot de beroemde Opstand van Dersim.
De Turkse reactie op deze opstand was extreem gewelddadig, met massamoorden en deportaties van duizenden burgers. Seyid Riza werd op 5 september 1937 gevangengenomen en ter dood veroordeeld, samen met zijn zoon en vele medestrijders. De familie van Seyid Riza leed enorm onder deze gebeurtenissen; zijn dochter Leyla overleed pas in 2015 op 98-jarige leeftijd, nadat ze een leven lang met het verdriet van haar familie had geleefd.
De executie van Seyid Riza en de slachting in Dersim zijn voor het Koerdische volk een onvergetelijke herinnering aan de Turkse pogingen om het Koerdische volk en hun cultuur te vernietigen. Seyid Riza’s moed en zijn vastberadenheid om niet te buigen voor de onderdrukker maken hem tot een icoon van verzet en onafhankelijkheid voor het Koerdische volk. Zijn daden en zijn laatste woorden blijven een inspiratiebron voor de Koerdische strijd voor zelfbeschikking en rechtvaardigheid.
Zijn nalatenschap leeft voort in de harten van Koerden die zich inzetten voor een democratisch en rechtvaardig Koerdistan. Seyid Riza’s offer inspireert nog steeds de huidige generaties om te strijden voor een vreedzame toekomst waarin alle volkeren gelijkwaardig en vrij van onderdrukking kunnen samenleven. Op deze 15e november eren wij zijn herinnering en hernieuwen wij onze toewijding aan zijn visie van vrijheid en autonomie voor het Koerdische volk.