Koerdistan

Kritiek op Bagdad: “Slachtoffers Anfal-genocide na 37 jaar nog steeds zonder erkenning”

Ondervoorzitter Shakhawan Abdullah van het Iraakse parlement heeft scherpe kritiek geuit op de federale overheid in Bagdad vanwege het uitblijven van compensatie voor nabestaanden van de Anfal-genocide. Tijdens een persbijeenkomst in Bagdad, namens de Koerdische fracties in de Raad van Afgevaardigden, beschuldigde hij opeenvolgende regeringen van het verwaarlozen van hun verplichtingen. “Deze misdaden werden gepleegd simpelweg omdat wij Koerden zijn,” benadrukte Abdullah.

Herinnering als waarschuwing
“Het herdenken van Anfal is geen rouwritueel, maar een waarschuwing,” zei hij. “Wie nu nog denkt etnisch onderscheid te kunnen maken, moet beseffen dat genocide ons niet heeft uitgeroeid. Onze strijd voor rechten houdt nooit op.” De Anfal-campagne (1986-1989), onder leiding van Saddam Hoessein en ‘Chemische Ali’ Ali Hassan al-Majeed, kostte aan 182.000 Koerden het leven. Complete dorpen werden verwoest, waaronder Germian en Chamchamal in 1988, waarbij duizenden met chemische wapens werden omgebracht.

Juridische erkenning, maar geen daden
Hoewel een Iraakse rechtbank in 7de Anfal in 2007 als genocide bestempelde en daders veroordeelde, blijft concrete steun uit. “Na 20 jaar is er nog altijd geen serieuze compensatie,” stelde Abdullah. Hij wees op een voorstel uit 2022 via Artikel 140, dat evenmin tot actie leidde. “De federale regering moet excuses uitspreken, lichamen teruggeven en dorpen herbouwen. Het parlement kan wetten maken, maar de uitvoering ligt in Bagdad.”

Koerdische leiders: “Eenheid als antwoord”
President Masoud Barzani riep op tot eensgezindheid: “De beste eerbetuiging aan onze martelaren is samenwerken aan een sterke toekomst.” Premier Masrour Barzani eiste “materiële en morele genoegdoening,” terwijl president Nechirvan Barzani Bagdad opriep de gerechtelijke uitspraken na te leven: “Reconstructie en repatriëring van slachtoffers zijn essentieel.”

Bagdad erkent misdaden, maar blijft vaag
Iraaks premier Mohammed Shia al-Sudani noemde Anfal in een verklaring “brutale bloedbaden” en sprak over “een nieuwe tijd van wederopbouw.” Concrete plannen voor compensatie bleven echter uit.

Herdenking en onverminderde strijd
Elk jaar op 14 april staan Koerden in de Kurdistan-regio stil bij de genocide. Dit jaar klonken tijdens herdenkingen opnieuw krachtige oproepen voor internationaal erkende gerechtigheid. “De wonden van Anfal helen pas als Bagdad zijn verantwoordelijkheid neemt,” aldus Abdullah. Met nog altijd duizenden vermiste personen en verwoeste gemeenschappen blijft de roep om erkenning even luid als 37 jaar geleden.

Deze website maakt gebruik van cookies. Door deze site te blijven gebruiken, accepteert u ons gebruik van cookies.  Cookieverklaring